Van verleden naar heden en van corona naar Kruijs
Jan Kruijs was schout en later ook burgermeester van Vriezenveen. Hij schreef een twaalftal dagboeken over de periode 1817 tot en met 1830. Deze dagboeken geven meer dan alle andere bronnen uit die tijd een goed beeld van het Vjeanse leven. Wat de dagboeken van Kruijs zo bijzonder maakt is de veelzijdigheid aan informatie, zoals belangrijke gebeurtenissen voor Vriezenveners, bestuurlijke aangelegenheden, ziekte, dood en verderf, weersomstandigheden met invloeden voor het vee en voor de oogst.
En lezend in de kronieken van Kruijs maakte ik haast ongemerkt een vergelijking van verleden naar heden en van corona naar Kruijs.
Al vier maanden lang worden wij bedreigd door het coronavirus en wordt onze vrijheid van handelen ingeperkt door van overheidswege genomen maatregelen om verdere verspreiding te voorkomen. Na WOII zijn er nu al enkele generaties zorgeloos opgegroeid, die zich amper bewust waren van het gevaar van epidemieën of pandemieën. Een kwestie van op tijd een prikje halen.
Vroeger was men zich wel degelijk bewust van de steeds weer terugkerende virologische infecties die wij ook nu nog kennen. Zo was mazelen bekend als de meest besmettelijke van allen.
Op 28 april 1817 schreef Jan Kruijs:
“De mazelen heeft hier sedert enkele maanden sterk geregeerd en is nog steeds voortwoekerende. Vele kleine kinderen zijn eraan gestorven en anderen hebben enorm geleden en sukkelen er nog mee voort. Onze jongste kinderen Jacob en Alexander zijn er nog gemakkelijk afgekomen. Onze dochter Grietje heeft het slim gehad”.
In april 1817 sloeg Jan Kruijs de krant open. Het was de Haarlemmer Courant van twee dagen eerder. Die had hem toch nog weten te bereiken ondanks dat door de regenval de Kerksteeg en andere wegen overstroomd en geheel onbegaanbaar waren geworden. Momenteel wordt de Almeloseweg (Kerksteeg) vernieuwd. Vertrouwde Vjeanse straatklinkers leggen het af tegen het door aanwonenden zo gevreesde racebaan - asfalt. De straatkolken, die Kruijs niet kende, worden opnieuw geplaatst en zorgen er voor dat hemelwater snel en adequaat wordt afgevoerd, zelfs die van hevige zomerse regenbuien.
Op 28 april 1817 noteerde Kruijs uit die Haarlemmer Courant, wat er in het handelscentrum te Amsterdam aan gewassen al was aangevoerd en de daaraan gelieerde prijzen van boekweit, rogge, haver, gerst en andere te veld staande gewassen. Hij vraagt zich af hoe dit jaar de oogst zal worden. Te vaak waren er misoogsten door wateroverlast.
En nu vraagt men zich af wat juist droogte en neerslagtekort betekent voor de oogst en welke economische gevolgen corona voor ons in petto heeft.
Veel onderwerpen van toen zijn nog steeds dezelfde als heden. Het zijn vooral de omstandigheden die verschillen. Voortschrijdend inzicht heeft gezorgd voor meer kennis en betere middelen.
Maar corona maakt ons ontnuchterend duidelijk dat wij nog steeds kwetsbaar zijn. En na één kwartaal corona is nu al bekend dat 's lands begroting een gapend gat vertoont van ca. 70 tot 100 miljard. Alsof je een emmer leeggooit. Nu maar hopen dat er geen tweede of meer emmers nodig blijken te zijn. Wat wordt het straks, Prinsjesdag of financiële kaalslag?